27/9: Fruita - Moab

Vandaag laten we de staat Colorado achter ons en reizen verder naar het ‘canyon country’ rondom Moab in de staat Utah. Over de snelweg zou je Moab vanuit Fruita in nog geen 2 uur kunnen bereiken. Wij kiezen echter voor een iets langzamere en daarvoor veel interessantere route. Bovendien hebben we ook voor vandaag weer de een of andere wandeling op het programma staan. We hebben daarom de hele dag ingepland om in Moab te geraken. Na een snel ontbijtje in het hotel rijden we net als gisteren naar de Subway, om een sandwich voor de lunch in te slaan. Gelukkig worden we weer door dezelfde vriendelijke en geduldige verkoopster geholpen als gisteren.
Over de snelweg I 70 rijden we vervolgens westwaarts en passeren al gauw de grens met Utah. Direct achter de grens stoppen we bij een parkeerplaats langs de snelweg met een mooi uitzicht op de Bookcliffs in het noorden en de besneeuwde toppen van de La Sal Mountains in het zuiden. Het is vandaag weer prachtig weer en beide liggen te schitteren in het warme ochtendlicht.
Bij exit 214 verlaten we vervolgens de snelweg en rijden via een smal en niet al te best onderhouden weggetje verder naar het plaatsje Cisco. Dit langs het spoor gelegen gehucht bestaat voornamelijk uit al dan niet bewoonde, schamele hutjes en stacaravans. Het lijkt een beetje op een spookstadje. Kort achter Cisco buigen we af op de UT 128, één van de vele ‘scenic byways’ die Utah rijk is. Deze is echter bijzonder mooi en volgt voor een groot gedeelte de vallei van de Colorado Rivier, die hier door een schilderachtige canyon met rode rotswanden aan beide kanten stroomt.
Bij Dewey Bridge maken we de eerste stop. Na jaren van verval werd deze oude hangbrug over de Colorado River in het jaar 2000 in ere hersteld. Helaas was de vreugde maar van korte duur, want al in 2008 werd de oude brug bijna volledig in de as gelegd door een grote brand. Alleen de ijzeren brugpijlers en de stalen kabels hebben het vuur overleefd. Gelukkig ligt er nog een nieuwere, stenen brug naast, zodat de weg de rivier nog steeds kan oversteken. Bij de twee bruggen aan de oevers van de rivier ligt bovendien een kleine camping met een boothelling, waar veel rafting-bedrijven uit Moab hun rubberboten te water laten. Wij strekken hier even de benen en maken een paar plaatjes van de overblijfselen van de oude brug. Ook spotten we nog even twee schattige hertjes (mule deer) in de bosjes, die tussen de oude en de nieuwe brug groeien. Na een korte plaspauze rijden we vervolgens weer verder richting het zuidwesten.
Al gauw komen de Fisher Towers in zicht. Deze natuurlijke torens van rood zandsteen zijn één van de grootste attracties langs de UT 128. Voor het achtergrond van de witte toppen van de La Sal Mountains zien deze rotstorens bijzonder schilderachtig uit. Alhoewel de Fisher Towers vooral bij klimmers een geliefde bestemming zijn, kun je hier ook fantastisch wandelen. Via de onverharde, maar ook met een gewone auto goed berijdbare Fisher Towers Road, bereiken we na 3,5 km hobbelen de kleine camping met parkeerplaats aan de voet van de grillige rotstorens. Dit is het vertrekpunt van een 6,7 km lange wandeling langs de voet van de torens en omhoog naar een bergrug met een schitterend uitzicht over de kloof van de Colorado Rivier, de La Sal Mountains en natuurlijk de Fisher Towers zelf. Ook wij willen hier even een paar uurtjes de benen gaan strekken. We trekken daarom onze wandelschoenen aan, pakken de rugzakken en gaan dan vol goede moed op pad. Een stel Amerikanen kijkt ons bewonderend achterna. Voor hun is het onvoorstelbaar, dat je zo een inspanning gaat doen, als je de torens toch ook gewoon vanaf het parkeerterrein kunt bewonderen.
Maar dan gebeurt, waar ik al dagen bang voor was: Omdat we geen kaart van dit gebied hebben, moeten we het doen met een van internet geplukte beschrijving en de steenhoopjes (cairns), die op cruciale punten de juiste richting aangeven. Helemaal erop gebrand om zo snel mogelijk bij de voet van de eerste toren te komen, missen we al op de eerste meters een door steenhoopjes gemarkeerde afslag naar rechts. Via een steeds vager wordend pad klimmen we verder omhoog tot aan de voet van de eerste ‘tower’. Er zijn hier overal vage sporen in het zand, maar nergens een duidelijk pad en al helemaal geen steenhoopjes om de juiste ‘trail’ te markeren. Tussen de torenhoge rotsformaties blijken bovendien diepe kloven (washes) te zitten. Eigenlijk hadden we nu al moeten inzien, dat we weer eens verdwaald zijn, iets wat ons tijdens het wandelen wel vaker gebeurt. Tegen beter weten in volgen we zo een ‘wash’ toch helemaal tot het einde en dan aan de andere kant weer naar voren, alleen om vervolgens vast te stellen dat het pad hier ophoudt bij een afgrond, waar we zonder klimuitrusting onmogelijk overheen kunnen komen. We moeten dus omkeren. Maar zelfs dat blijkt ingewikkelder dan gedacht, want we pakken meteen weer een verkeerde afslag en belanden kort daarna opnieuw bij een afgrond. Maar uiteindelijk lukt het ons gelukkig wel om de juiste weg terug te vinden.
En dan zien we ook ineens de op zich goed gemarkeerde afslag naar rechts, die we op de heenweg gemist hebben. Het juiste pad blijkt in eerste instantie van de rotstorens weg en diepe kloof in te lopen. Pas op de bodem van de ‘wash’ aangekomen buigt het pad terug en klimt weer omhoog naar de voet van de tweede toren. Vanaf hier wordt het pad een stuk minder steil en volgen we al zigzaggend één kloof naar de andere naar achteren en vervolgens aan de andere kant weer naar voren. Omdat het pad meestal over een relatief smalle richel loopt met de tot 200 meter hoge rotswanden van de Fisher Towers aan de ene en de diepe afgronden van de ‘washes’ aan de andere kant, is deze ‘trail’ alleen geschikt voor mensen zonder hoogtevrees. Op sommige punten zijn de kloven zelfs helemaal achterin nog te diep en te steil, om de oversteek naar de andere kant te kunnen maken zonder hulpmiddelen. We moeten hier een stalen ladder nemen om de andere kant te kunnen bereiken. Uiteindelijk bereiken we de laatste en tegelijk ook de hoogste toren van de Fisher Towers, heel toepasselijk ‘the Titan’ genoemd. Het pad loopt echter nog een stuk verder naar boven naar de al eerder genoemde bergrug. Gezeten op een natuurlijk bankje van zandsteen genieten we hier van het geweldige uitzicht over de canyon van de Colorado River en de Fisher Towers aan de ene en de La Sal Mountains aan de andere kant. Een prachtig plekje om te lunchen. Toch blijven we hier niet al te lang zitten, want inmiddels is het aardig warm geworden en er is hier boven nergens schaduw. Op dezelfde weg als we omhoog gekomen zijn, dalen we vervolgens weer af naar het parkeerterrein. Na rond 4 uur ploeteren in de steeds erger wordende hitte zijn we weer terug bij de auto.
Het was een prachtige, maar ook een behoorlijk vermoeiende wandeling. We besluiten daarom, vandaag geen verdere wandelingen meer te doen. In plaats daarvan willen we de La Sal Mountain Loop gaan rijden. Deze 64 mijlen lange ‘scenic byway’ buigt even verderop van de UT 128 af en loopt via de Castle Valley en door de La Sal Mountains naar Moab. De Castle Valley is een prachtig dal met burchtachtige rode zandsteenformaties aan beide kanten, die een beetje aan Monument Valley doen denken. Helemaal achterin de vallei lonken de besneeuwde toppen van de La Sal Mountains. De weg in het dal is vrij breed en van redelijke kwaliteit. Dat verandert echter bijna meteen, als we op gegeven moment rechts afslaan en de La Sal Mountains in rijden. De weg is weliswaar ook hier verhard, maar op sommige plekken erg smal en bovendien vol met gaten. Op sommige stukken is de weg hier zo slecht, dat je maar 10 mijl per uur mag rijden. Gelukkig is het hier vandaag zo rustig, dat we nauwelijks andere auto’s tegenkomen en dus rustig om de gaten heen kunnen laveren. Ook midden op de weg stoppen, om van het uitzicht te genieten en een paar foto’s te schieten, is geen enkel probleem. En schitterende panorama’s zijn er genoeg: de rode ‘mesa’s’ van de Castle Valley, de kleurrijke hellingen en de witte toppen van de La Sal Mountains bieden meer dan genoeg stof voor mooie plaatjes. Als we na een lange afdaling uiteindelijk Moab bereiken is het al bijna 5 uur.
Toch gaan we nog niet direct naar ons hotel. We willen eerst nog even langs het bezoekerscentrum van Arches National Park, dat een paar kilometer ten noorden van de plaats Moab ligt. Hier halen we wat informatiemateriaal over dit park op en informeren we naar de mogelijkheden om een wandeling door de Fiery Furnace te maken. Fiery Furnace is een sectie van Arches NP, die een beetje op een grote doolhof van rotsen lijkt. Er zijn hier geen gemarkeerde wandelpaden en het verkennen van dit gebied op eigen houtje is daarom moeilijk en alleen met een speciale ‘permit’ toegestaan. De meeste mensen bezoeken Fiery Furnace daarom met een parkranger of een commerciële gids. Helaas zijn de tochten met een parkranger al voor de hele aanstaande week volgeboekt. We kunnen nog wel met een commerciële toer mee, maar dat is een stuk duurder (90 in plaats van 16 $ per persoon). Te kostbaar voor onze begrippen. Omdat we na onze ervaringen van vanochtend geen zin hebben om deze doolhof op eigen houtje te verkennen, besluiten we Fiery Furnace dan maar voor een volgende reis te bewaren.
Omdat het gouden uur inmiddels weer is aangebroken, rijden we nog snel even het park in voor wat plaatjes van de rotsbogen (arches), waar het park zijn naam aan te danken heeft. Na een korte stop bij de Courthouse Towers rijden we verder naar het parkeerterrein bij de Windows Section. Het is hier nog steeds erg druk en we raken de auto maar met veel moeite kwijt. Überhaupt is het rondom de bogen een stuk drukker dan bij ons vorige bezoek in november 2000. Tegenwoordig is Arches één van de meest druk bezochte nationale parken in de VS en dat is goed te merken. Het is hier bijna onmogelijk om een foto zonder vreemde mensen of auto’s erop te schieten. Alhoewel de bogen natuurlijk een prachtig gezicht blijven en het mij uiteindelijk ook lukt om een paar mooie plaatjes te schieten, valt mij deze drukte toch behoorlijk tegen. Ik geniet gewoon liever rustig en in alle stilte van deze geweldige natuurverschijnselen. Een beetje teleurgesteld rijden we daarom uiteindelijk terug naar Moab.
Ons hotel, de Rustic Inn, is gelukkig snel gevonden. Het ligt midden in Moab op loopafstand van winkels en restaurants en toch vrij rustig aan een zijstraat van de hoofdweg. Moab is geen goedkope plaats en ons hotel is daar helaas geen uitzondering op. Met over 140 € per kamer per nacht is dit het duurste onderkomen van de hele reis. Voor ‘Moabse’ begrippen is dit echter een koopje, zeker gezien het feit dat we voor deze prijs een kamer ten grote van een balzaal met twee queensize-bedden, een reusachtige koel-vries-combinatie en een compleet ingericht keukentje krijgen. Bovendien heeft het hotel een waskeuken, waar we onze vieze kleren kunnen wassen. Terwijl ik de eerste was draai, loopt Klaas even naar de Pizza Hut om een hapje en een drankje voor ons te regelen. De rest van de avond smullen we van onze pizza en ruimen de schone was weer op.

Heute verlassen wir den Staat Colorado und machen einen mehrtägigen Abstecher nach Moab in Utah. Obwohl die Fahrt nach Moab noch keine 200 km beträgt, haben wir auch heute wieder einiges vor und machen uns darum schon früh auf den Weg. Nach einem schnellen Frühstück im Hotel holen wir bei Subways ein Sandwich für den Lunch. Glücklicherweise treffen wir dort wieder auf dieselbe freundliche und geduldige Verkäuferin wie gestern. Auf der Autobahn I 70 rauschen wir danach bei strahlendem Wetter Richtung Westen und überschreiten schon bald die Grenze zwischen Colorado und Utah. Kurz danach machen wir einen kurzen Stopp auf einem Rastplatz mit einer grandiosen Aussicht auf die Book Cliffs im Norden und die schneebedeckten Gipfel der La Sal Mountains im Süden. Beide baden im warmen Licht der ersten Sonnenstrahlen.
In der Nähe von Cisco, einer aus halb verfallenen Hütten bestehenden Ortschaft, biegen wir auf die UT 128 ab. Diese Strasse führt durch den malerischen Canyon des Colorado Rivers in südwestlicher Richtung bis nach Moab und gehört zu den schönsten Strassen des amerikanischen Südwestens. Prächtige Wände aus rotem Sandstein säumen die Schlucht zu beiden Seiten. Unser erster Halt an der UT 128 gilt der alten Hängebrücke Dewey Bridge. Nach Jahren des Verfalls hatte man Ende der Neunzigerjahre endlich die Mittel zusammengebracht, um die Brücke zu restaurieren. Im Jahr 2000 war es dann endlich soweit und konnte Old Dewey Bridge wiedereröffnet werden. Leider war die Freude allerdings von kurzer Dauer, denn schon im Jahre 2008 zerstörte ein Feuer die fast vollständig aus Holz bestehende Brückenkonstruktion. Nur die beiden Stahlpfeiler und die Drahtseile, an denen die Brücke aufgehängt war, erinnern noch an die alte Dewey Bridge. Zum Glück gibt es gleich daneben schon seit Jahren eine neuere steinerne Brücke, sodass das Überqueren des Colorado Rivers an dieser Stelle noch immer möglich ist. Wir schiessen ein paar Fotos von den traurigen Überresten der abgebrannten Brücke und von zwei Maultierhirschen (mule deer), welche sich im Gebüsch zwischen der alten und der neuen Brücke verstecken. Nachdem wir uns auf dem benachbarten Campingplatz des überflüssigen Wassers entledigt haben, fahren wir wieder weiter in Richtung Moab.
Schon bald erscheinen am Horizont die wohl markantesten Felsformationen an der UT 128: Die Fisher Towers sind eine Gruppe mächtiger Felstürme aus rotem Sandstein, wovon der höchste über 270 m in den Himmel ragt. Besonders beliebt sind diese Sandsteingiganten natürlich bei Kletterern, doch auch für Wanderer ist das Gebiet rund um die Fisher Towers ein wahres Paradies. Ein 6,7 Kilometer langer Wanderweg führt am Fusse der Türme entlang hinauf auf einen Felsrücken mit einer grandiosen Aussicht auf den Canyon des Colorado Rivers, die La Sal Mountains und natürlich die Fisher Towers selbst. Wir beschliessen, uns hier ein paar Stunden die Beine zu vertreten. Glücklicherweise ist die 3,5 km lange geschotterte Zufahrtsstrasse zum Ausgangspunkt der Wanderung auch mit einem normalen Mietwagen mühelos zu befahren. Wir parkieren das Auto bei einem kleinen Campingplatz am Fusse der Felstürme, schultern unsere Rucksäcke und machen uns auf den Weg. Zwei amerikanische Ehepaare schauen uns dabei bewundernd hinterher. Sie können sich nicht vorstellen, dass man sich freiwillig in solche Strapazen begibt, nur um diese Steinwüste aus nächster Nähe anzuschauen.
Leider haben wir keine genaue Karte dieses Gebiets bei uns. Unsere einzigen Anhaltspunkte sind somit eine rudimentäre Beschreibung aus dem Internet und die Steinmännchen (cairns), welche den Weg säumen und die richtige Richtung angeben. Leider lässt unsere Konzentration heute etwas zu wünschen übrig. In unseren Bemühungen, möglichst schnell den Fuss des ersten Felsturms zu erreichen, verlieren wir die Steinmännchen bereits kurz nach dem Start aus den Augen. Obwohl wir uns ein bisschen über das Fehlen der Steinmännchen wundern, folgen wir auch weiterhin einem immer schlechter sichtbaren Pfad nach oben. Doch dann müssen wir feststellen, dass sich zwischen den einzelnen Felstürmen tiefe Schluchten (washes) befinden, welche ohne Kletterausrüstung kaum zu überqueren sind. Kaum 10 Minuten nachdem wir den Parkplatz verlassen haben, stehen wir völlig verloren in einem Wirrwarr von Schluchten und Felstürmen. Vor uns gähnt ein unüberwindbarer Abgrund und es bleibt uns nichts anderes übrig als umzukehren. Doch selbst das ist durch das Fehlen eines deutlichen Pfades ziemlich schwierig, doch mit einigen Umwegen gelingt es uns schliesslich doch, den Rückweg zu finden. Schon bald erreichen wir die Stelle, an der wir gemäss Steinmännchen rechts abbiegen hätten müssen. Der Weg führt hier weg von den Felstürmen in einen „Wash“ hinunter. Erst auf dem Boden der Schlucht angekommen, biegt der Pfad wieder nach links ab und steigt wieder hinauf in Richtung der Fisher Towers.
Ab hier geht es in einer schier endlosen Zickzacklinie am Fusse der Felstürme entlang. Auf schmalen Felsvorsprüngen folgen wir den Schluchten auf der einen Seite bis zu ihrem oberen Ende, wo sie meist nicht mehr so tief und darum relativ einfach zu überqueren sind. Dann geht es auf der anderen Seite auf derselben Höhe wieder zurück. Auf diese Weise umrunden wir zahllose Felstürme und tiefe Abgründe. Eine gewisse Fitness ist für diese Wanderung geboten, denn Schatten gibt es ab dem frühen Nachmittag kaum mehr in dieser Sandsteinwüste. Auch sollte man für diese Wanderung einigermassen schwindelfrei sein, denn der Felsvorsprung, auf dem der Pfad verläuft, ist schmal und die Abgründe tief. Manchmal muss man einen besonders steilen Abstieg sogar über eine eiserne Leiter bewältigen. Obwohl das Ziel unserer Wanderung, der Bergrücken oberhalb der Fisher Towers, Luftlinie wahrscheinlich kaum einen Kilometer vom Parkplatz entfernt ist, dauert es durch das ewige Hin und Her über zwei Stunden, bis wir ihn erreicht haben. Doch die Mühe wird belohnt, denn die Aussicht von hier oben ist wirklich fabelhaft. Auf einer natürlichen Bank aus Sandstein geniessen wir das Panorama und essen unseren mitgebrachten Lunch auf. Dann schlängeln wir uns auf demselben Weg, auf dem wir gekommen sind, wieder hinunter zum Parkplatz.
Die ganze Wanderung hat uns inklusive der anfänglichen Odyssee fast vier Stunden gekostet und wir beginnen unsere Beine nun doch etwas zu spüren. Zudem macht uns auch die Hitze inzwischen ganz schön zu schaffen. Wir entschliessen uns deshalb, heute keine weiteren Wanderungen mehr zu unternehmen. Stattdessen wollen wir den La Sal Mountain Loop nach Moab nehmen. Auch das ist ein ‚scenic byway‘ und damit eine fast hundertprozentige Garantie für interessante Landschaften und tolle Ausblicke. Bei der Castle Valley Junction verlassen wir deshalb die UT 128 und fahren ein Stück ins Castle Valley hinein. Links und rechts von uns erheben sich Sandsteinformationen, welche denjenigen im Monument Valley ähnlich sehen und in denen man mit einiger Fantasie eine Burg (castle) sehen kann. Ganz hinten im Tal erheben sich die mächtigen, schneebedeckten Gipfel der La Sal Mountains. Der La Sal Mountain Loop folgt erst ein Stück dem Talboden des Castle Valleys und windet sich dann über zahllose Haarnadelkurven hinauf in die Berge. Obwohl die Strasse durchgehend asphaltiert ist, ist die Strecke durch die Berge schmal und voller Schlaglöcher. Wir sind deshalb froh, dass diese Strecke am heutigen Dienstag kaum befahren ist, sodass wir den vielen Schlaglöchern überall gefahrlos ausweichen können. Hinter jeder Kurve eröffnet sich uns ein neues Panorama mit leuchtendroten Sandsteinkuppen, Wäldern in ihrem farbenprächtigen Herbstkleid und schneebedeckten Berggipfeln. Immer wieder lasse ich Klaas stoppen und meine Kamera macht einmal mehr Überstunden. Es ist dann auch fast 5 Uhr mittags, als wir unser heutiges Tagesziel Moab erreichen.
Unser Programm ist damit aber noch nicht zu Ende. Wir wollen noch schnell zum etwas nördlich von Moab gelegenen Arches Nationalpark, um beim Besucherzentrum Informationen über diesen Park einzuholen und das warme Abendlicht für ein paar Fotos von den dekorativen Felsbögen (arches) zu nutzen, welche diesem Park seinen Namen gegeben haben. Leider gelingt es uns nicht, Karten zu bekommen für die geführte Wanderung durch den Fiery Furnace. Dieses Labyrinth aus interessanten Sandsteinformationen besitzt keine ausgeschilderten Wanderwege und es wird deshalb dringend angeraten, um das Gebiet nur mit einem Führer zu betreten. Leider sind die von einem Ranger geleiteten Touren bereits für die gesamte nächste Woche ausgebucht. Wir könnten uns zwar noch einer Tour mit einem privaten Führer anschliessen, doch diese kosten über 90 $ pro Person und das ist uns für eine dreistündige Wanderung entschieden zuviel. Die Touren mit einem Parkranger sind nämlich viel billiger und kosten nur ca. 16 $ pro Person. Dafür sind sie allerdings oft schon Monate zum Voraus ausgebucht und man sollte deshalb seine Reservationen für die Fiery Furnace Tour möglichst früh machen. Es gäbe zwar auch noch die Möglichkeit, das Gebiet mit einer speziellen Erlaubnis des Besucherzentrums auf eigene Faust zu entdecken, doch das scheint uns angesichts der Erfahrungen von heute Morgen nicht sehr ratsam. Wir entschliessen uns deshalb, den Besuch im Fiery Furnace auf die nächste Reise zu verschieben und uns diesmal mit den allgemein zugänglichen Gebieten des Arches Nationalparks zu begnügen.
Da die Sonne inzwischen schon fast hinter dem Horizont verschwindet, verlassen wir das Besucherzentrum wieder und fahren schnell weiter zur Windows Section im Park. Hier machen wir im Licht der letzten Sonnenstrahlen einige Fotos von den Felsbögen North und South Window und vom Turret Arch. Obwohl der Parkplatz hier riesig ist, gelingt es uns nur mit Mühe einen freien Platz zu finden. Seit unserem letzten Besuch im November 2000 sind die Besucherzahlen im Arches Nationalpark drastisch gestiegen. Es ist dann auch kaum mehr möglich, einen der zahllosen Felsbögen zu fotografieren ohne fremde Menschen oder Autos auf dem Bild. Obwohl die Felsbögen an sich nichts von ihrer Faszination verloren haben, vermissen wir hier das Gefühl, diese Wunder der Natur in Stille und Einsamkeit geniessen zu können. Etwas ernüchtert setzen wir uns darum wieder ins Auto und fahren zurück nach Moab.
Unser Unterkommen, das Hotel Rustic Inn im Zentrum der Ortschaft, ist schnell gefunden. Moab ist ein teures Pflaster und Hotelübernachtungen unter 150 € sind kaum zu bekommen. Doch wir haben Glück und beziehen für 143 € pro Nacht ein Doppelzimmer von der Grösse eines Ballsaals mit zwei Queen-Size-Betten, einem riesigen Kühlschrank und einer komplett eingerichteten kleinen Küche. Das Hotel liegt in einer ruhigen Ecke etwas abseits der Hauptstrasse und trotzdem in der Nähe von Läden und Restaurants. Das Hotel besitzt auch eine Waschküche für die Gäste und weil uns so langsam die sauberen Kleider ausgehen, beginne ich gleich nach unserer Ankunft mit dem Waschen. Während ich mich mit der Wäsche beschäftige, marschiert Klaas zum nahegelegenen Pizza Hut, um eine grosse Pizza für unser Abendessen zu holen. Den Rest des Abends verbringen wir mit Pizza essen und Wäsche aufräumen.

Today we leave the state of Colorado to spend a few days in Utah’s desert and canyon country near Moab. After a quick breakfast at the hotel we head to Subway’s to purchase a sandwich for lunch. We are lucky enough to find the same patient and friendly lady helping us as yesterday. Then we take the interstate and head west in direction of Utah. Shortly after we crossed the state border, we stop at a rest area to take in the views of the Book Cliffs to the north and the snow-topped La Sal Mountains to the south. Both look awesome in the warm light of the morning sun. Further west we leave the I 70 and head southwest towards the La Sal Mountains via UT 128, one of Utah’s many scenic byways. The road follows the Colorado River along a canyon with beautifully coloured sandstone walls on both sides.
Our next stop is at Dewey Bridge. After years of decay this beautiful historic bridge crossing the Colorado River has been restored to its old glory in 2000, only to be almost completely destroyed by fire in 2008. The only thing left are the steel pylons and the cables, which used to support the wooden roadway. Luckily there is a new bridge made from stone right next to it, so we are still able to cross the river. There is a campground and a boat ramp at the bridge, where most of Moab’s rafting companies start their river tours. While we have a quick look at the poor remains of the old bridge, we spot two mule deer hiding in the bushes between the two bridges. After a few pictures and a pee-stop at the campground we continue heading southwest.
Following the canyon shaped by the mighty Colorado River we finally reach the Fisher Towers. These rock towers made of red sandstone, some of which are more than 900 feet high, are probably the most prominent rock formation along UT 128 and a very popular destination for rock climbers. But there is also a wonderful hike following the base of the towers up to a ridge with beautiful views of the towers, the valley below and the La Sal Mountains in the background. Although the 2.2 mile spur road leading to the trailhead is unpaved, you don’t need a 4WD with high clearance to reach the parking lot and the small campground attached to it. The trail up to the view point on top of the ridge is only 4.6 miles roundtrip and shouldn’t be too strenuous. For us the perfect opportunity to get out of the car and stretch our legs for a few hours.
Unfortunately we don’t have a detailed map of the area. The only resources to help us find the right track are a short description of the hike we picked from the internet and the cairns bordering the edge of the trail. Completely focused on the impressive rock formations above us, we follow the vague trail leading up to the base of the first tower. Unfortunately we fail to see the cairns indicating the trail is actually turning to the right, down into a wash and away from the towers. Hardly 10 minutes after we started our hike at the trailhead, we are completely lost in a maze of towering rock pillars with deep cuts and washes between them. Soon we end up at the edge of a wash so deep, it forms a dead end and forces us to turn around. Even that proofs to be difficult though, as the trail here is so vague, it’s hard to find back. After a few detours we finally manage to get back on the right trail though.
We follow the cairns down into a wash and then up again to the base of the second tower. In order to avoid climbing in and out of the deep washes located in between the towers, the trail follows each wash on a height to its very end, where it is much more shallow and can be crossed easily. The trail is thus zigzagging along the base of the towers. As the trail is usually located on a narrow rim between the wash and the towering walls of the Fisher Towers, you shouldn’t be afraid of heights to do this hike. In some places you even have to climb a ladder, in order to cross a wash. Also you should bring enough water, as there isn’t much shade along the route. Although the ridge at the end of the trail is only 2.3 miles from the trailhead, it takes us more than 2 hours to get there. The stunning view from here is certainly worth the effort though. Seated on a natural bench made of rocks we have lunch and take in the fabulous panorama surrounding us. Then we follow the exact same trail back down to the starting point of the hike. About 4 hours after we started on this hike, we are back at the parking lot.
By now the sunny and warm weather is taking its toll. Too tired and too hot to do another hike we decide to drive the La Sal Mountain Loop instead. This 64 miles scenic road branches from the UT 128 at the Castle Valley junction. The first few miles the loop road follows the Castle Valley, with scenic sandstone formations resembling the ones in Monument Valley on both sides of the valley floor. Then the road starts to climb towards the snow-capped peaks of the La Sal Mountains. Although the road is paved all along the loop, the stretch across the La Sal Mountains is hardly maintained and has more potholes than the average dirt road. Luckily traffic is very low today though, so we can drive in the middle of the road avoiding all the potholes without being of any danger to oncoming traffic. The drive across the mountains is very scenic with stunning views everywhere you look.
Although today’s drive is only about 120 miles long, by the time we reach Moab it’s almost 5 pm. We are not quite done yet though. Following highway 191 North across town we reach the visitor center of Arches National Park just in time to catch a few brochures on the park, before the center closes for the day. Unfortunately we are unable to make a reservation for the ranger-guided Fiery Furnace Walk, because for the coming 6 days all the walks are fully booked. If we wanted to be sure of a ticket for Fiery Furnace, we should have made our reservations weeks if not months ago. It is possible to get a permit to explore the area on your own, but with the Fiery Furnace being a maze without any maintained trails, that doesn’t seem such a good idea to us. Besides the ranger-guided tours you can also book a walk with a commercial guide, but they cost at least 90 $ per person, whereas the ranger-guided hike is only 16 $. For our current budget, this is way too expensive. So we decide to safe Fiery Furnace for another trip.
With sunset at reach we decide to make good use of the golden hour for a few pictures in the park. We head to the Windows Section, where we manage to take a few beautiful pictures featuring the North and South Windows as well as of Turret Arch. Although it’s late afternoon, the park is still very busy with visitors from all over the world. A little bit too busy to my taste and certainly a lot more crowded than during our last visit in November 2000. Although the natural arches didn’t lose any of their magic, it is virtually impossible to take a picture of any of them without any strangers in it. Slightly disappointed we leave the park and head back to Moab.
The Rustic Inn, our accommodation for the coming 4 nights, is situated in the middle of town in easy walking distance to restaurants and shops. Our room is huge with two queen beds, an enormous fridge / freezer and a fully equipped kitchenette. The hotel also offers a guest laundry and as we are running low on clean cloths, we decide to make good use of it. While I’m starting the first two loads of laundry, Klaas is heading to the nearby Pizza Hut to purchase a quick supper for us. The rest of the evening is spent eating pizza and folding laundry.